Een vast fundament

Les 10

Inleiding op de offerdienst: God verwierp Kain en zijn offer, maar aanvaardde Abel en zijn offer

Inleiding

Deze les is ook als film op YouTube te bekijken.

Laten we gaan kijken wat voor antwoorden de Bijbel op de volgende vragen geeft:

  1. Hoe erg is zonde?
  2. Kan een mens iets doen waardoor hij van zijn zonden afkomt?
  3. Is het waar dat de mens zelf kan kiezen hoe hij tot God zal gaan?
  4. Kan een mens zichzelf op z'n eigen manier acceptabel of aanvaardbaar maken voor God?
  5. Horen dood en zonde bij elkaar?

We doen dit door de geschiedenis van Kaïn en Abel te bestuderen.

Spreuken 14:12 Er is soms een weg die iemand recht schijnt, maar het einde ervan zijn wegen van de dood.

Adam en Eva en Kaïn en Abel konden op geen enkele manier meer tot God konden komen.

Zij waren zondaars, alle vier, en God haat zonde.

De straf voor de zonde is de dood.

  1. een lichamelijke dood
  2. een geestelijke dood, namelijk van God gescheiden
  3. een eeuwige dood, namelijk in de poel van vuur

God - en niet de mens - gaf een nieuwe manier waarop ze wel tot Hem konden komen.

God gaf deze mogelijkheid, omdat Hij van de mens hield.

Een offer brengen en door geloof vergeving ontvangen

Adam en Eva kregen kinderen. Kaïn en Abel waren hun eerste zonen. Kaïn en Abel brachten de Heere God een offer.

Hoe kwamen deze jonge mannen op het idee om een offer te brengen? Bedachten ze dat zelf?

Door de zonde kon de mens toch niet meer tot God komen? Hun ouders waren toch uit het paradijs gestuurd?

God moet Adam en Eva verteld hebben dat er een nieuwe manier was om tot Hem te komen, namelijk door een offer dat in geloof werd gebracht. Adam en Eva hadden waarschijnlijk op hun beurt aan Kaïn en Abel verteld wat God gezegd had over hoe zij tot God konden komen.

Dit is wat God hen verteld moet hebben: Als zij tot Hem kwamen, moesten ze een schaap als offer naar Hem brengen. Ze moesten het dier doden, waarbij het bloed eruit zou stromen.

Het bloed van de dieren moest de mens eraan herinneren dat de straf voor de zonde de (eeuwige) dood is, behalve als God ze zou redden.

Een dier werd er nu gedood in plaats van de mens. Het was alsof alle zonde van die mens overgingen op het schaap. Kijk maar, de hand van de zondaar wordt op de kop van het schaap gelegd. Nu draagt het schaap de zonde van de mens en krijgt het ook de straf, de dood.

Leviticus 17:11 Want het leven van het vlees is in het bloed, en Ik heb dat Zelf voor u op het altaar gegeven om voor uw leven verzoening te doen. Want het is het bloed dat door middel van het leven verzoening bewerkt.
Statenvertaling: Leviticus 17:11 Want de ziel van het vlees is in het bloed; daarom heb Ik het u op het altaar gegeven, om over uw zielen verzoening te doen; want het is het bloed, dat voor de ziel verzoening zal doen.

God beloofde dat als zij in het geloof kwamen en Hem het bloed van dieren offerden, Hij hen zou aanvaarden, aannemen, accepteren en hun zonden zou vergeven.

Deze regel (dit principe) vinden we terug door de hele Bijbel heen!

Het offeren van dieren moest steeds opnieuw. Elke keer zondigden de mensen. Door het offer werd de zonde “bedekt” en werd de straf voor de zonde uitgesteld.

Denk bijvoorbeeld aan een grote mand met speelgoed. Als je er een kleed overheen legt, zie je het speelgoed niet, maar het is er wel. Het speelgoed is bedekt met een kleed. Zo bedekte het bloed de schuld van de mens.

Hebreeën 10:4 Want het is onmogelijk dat het bloed van stieren en bokken de zonden wegneemt.

Alle voorschriften die God gaf om op een bepaalde manier te offeren, beeldden iets uit. Aan Adam en Eva was een Verlosser beloofd. Alleen door het geloof in Hem en door Zijn bloed kan echte vergeving van zonde plaatsvinden.

Het bloedoffer behoorde tot Gods genadige plan om de mens te verlossen van:

  • zonde
  • Satan
  • een geestelijke dood, namelijk het van God gescheiden zijn
  • een eeuwige dood, namelijk de poel van vuur

Hebreeën 9:22b: zonder het vergieten van bloed vindt er geen vergeving plaats

We gaan verder met een voorbeeld: Tom speelt op een middag gezellig met een paar vriendjes. Mama vraagt of ze even gaan zitten om te drinken. De jongens krijgen allemaal een beker appelsap en mama houdt een schaaltje voor met koekjes. Wil je een koekje? Tom en Hans nemen een koekje uit de trommel, Pim niet, hij is er allergisch voor. Tom en Hans nemen het aanbod van moeder aan en Pim slaat een koekje af.

Twee belangrijke woorden in het vervolg van deze les zijn verwerpen en aanvaarden. Spreek over de diepe betekenis van deze woorden. Leg uit dat ze het tegenovergestelde betekenen.
  • verwerpen = afkeuren, afslaan, afwijzen, weigeren
  • aanvaarden = aannemen, accepteren

Lees samen Genesis 4:1-16.

Ook kan gezongen worden: ”Als je veel van iemand houdt, geeft je ’t mooiste wat je hebt”.

Laten we in de Bijbel lezen hoe Kaïn en Abel offerden (de tekst tussen haakjes is door de uitleggers toegevoegd):

Genesis 4
3 En het gebeurde na verloop van dagen dat Kaïn van de opbrengst van de aardbodem aan de HEERE een offer bracht.
4 Ook Abel bracht een offer, van de eerstgeborenen van zijn kleinvee en van hun vet. De HEERE nu sloeg acht op Abel en op zijn offer, (dat betekent: de HEERE nam het offer van Abel aan)
5 maar op Kaïn en op zijn offer sloeg Hij geen acht (dat betekent: Hij keurt het offer van Kaïn af). Toen ontstak Kaïn in grote woede en liet hij zijn hoofd zakken.

Abels offer werd aangenomen door God

Abel bracht één van zijn schapen als een offer naar God. Het was een eerstgeboren lam. Abel doodde het schaap zodat zijn bloed vloeide. Waarom bracht Abel dit offer naar God?

  • Omdat hij daarmee liet zien: ik ben een zondaar en heb redding nodig.
  • Omdat hij begreep dat alleen God hem kon redden van de eeuwige straf.
  • Omdat hij de beloftes geloofde die God zijn ouders in de tuin, in het Paradijs, gegeven had.

Abel kwam tot God op de manier die God van hem vroeg.

God had zijn ouders beloofd dat Hij een Verlosser zou sturen die Satan zou verslaan en de mens uit z’n macht zou redden. (Zie Genesis 3:15)

Aanvaardde God het offer van Abel?

Ja, God was blij met dit offer en nam het aan (of: aanvaardde het).

God vergaf Abel zijn zonde en aanvaardde hem en zijn offer:

  • omdat hij op God vertrouwde
  • omdat Abel geloofde in een Verlosser die zou komen
  • omdat Abel geloofde dat hij het niet zelf in orde kon maken

Kaïns offer werd verworpen door God

Kaïn bracht dingen die hij op het land verbouwd had als offer naar God.

Maar God accepteerde het offer van Kaïn niet.

Waarom niet?

Was het omdat de dingen die Kaïn verbouwd had niet goed waren?

Was het omdat God er niet van hield?

Nee, dit waren niet de redenen.

Verwierp God het offer van Kaïn dan misschien omdat Kaïn een grotere zondaar dan Abel was? Nee, Kaïn en Abel waren beide zondaars. En het maakt niet uit of je een grote of kleine zondaar bent. Een zondaar is een zondaar.

Jakobus 2:10 Want wie de hele wet in acht neemt, maar op één punt struikelt, die is schuldig geworden aan alle geboden.

Het is belangrijk dat wij begrijpen waarom God het offer van Abel accepteerde en het offer van Kaïn verwierp.

In Hebreeën 11:4 staat dat Abel een man van geloof was, Kaïn was dat niet.

Hebreeën 11:4 Door het geloof heeft Abel God een beter offer gebracht dan Kaïn. Daardoor kreeg hij getuigenis dat hij rechtvaardig was; dit heeft God met het oog op zijn gaven getuigd. En door dit geloof spreekt hij nog, nadat hij gestorven is.

God verwierp Kaïn en zijn offer omdat Kaïn niet tot God kwam om toe te geven dat hij een zondaar was.

Kaïn kwam tot God op zijn eigen manier, volgens z’n eigen ideeën en niet zoals God wilde dat hij kwam.

Kaïn geloofde God niet, Kaïn vertrouwde Gods manier om tot Hem te komen niet.

Daarom verwierp God hem.

Je kunt dat vergelijken met de kleren die Adam en Eva gemaakt hadden van de vijgenbladeren. Die verwierp God ook. De mens kan zichzelf niet aanvaardbaar voor God maken. De mens kan helemaal niets doen om zichzelf tot God te brengen.

Eventueel kan op dit punt de les onderbroken worden om op een ander tijdstip verder te gaan.

God probeerde Kaïn te overtuigen van zijn fout

Genesis 4
6 En de HEERE zei tegen Kaïn: Waarom bent u in woede ontstoken en waarom heeft u uw hoofd laten zakken?
7 Is het niet zo dat u, als u het goede doet, uw hoofd kunt opheffen? Maar als u niet het goede doet, ligt de zonde aan de deur. Naar u gaat zijn begeerte uit, maar ú moet over hem heersen.

God probeerde Kaïn toch te bereiken, zelfs al weigerde Kaïn God te geloven, zelfs al ging hij expres zijn eigen weg.

Omdat God een liefdevolle en genadige God is, sprak Hij Kaïn aan en probeerde hem zover te krijgen dat hij op Gods manier tot Hem zou komen.

Spreuken 1:23 Keert u zich tot Mijn bestraffing, zie, Ik zal Mijn Geest over u uitstorten, Mijn woorden u bekendmaken.

God wilde Kaïn laten weten dat hij ook geaccepteerd / aangenomen, zou worden als hij net als z’n broer zou komen, ook gelovend in Gods Woord (ook het bloed offerend, vertrouwend in God en Zijn belofte van de Verlosser).

Kaïn wilde niet naar God te luisteren en hij doodde Abel

Kaïn was erg boos.

Genesis 4:8 En Kaïn sprak met zijn broer Abel. En het gebeurde, toen zij op het veld waren, dat Kaïn zijn broer Abel aanviel en hem doodde.

Hij wilde niet naar God luisteren. Hij luisterde naar Satan, net als zijn vader en moeder hadden gedaan in de tuin.

Veel mensen zijn vandaag net als Kaïn: ze willen niet naar God te luisteren en ze doen andere mensen pijn. Kaïn doodde zijn broer Abel.

Wie leidde Kaïn? Naar wie luisterde Kaïn? Wie gaf het Kaïn in z’n gedachten om zijn broer te doden? Satan!!

In Johannes 8:44b staat van de Satan: Want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij vanuit wat van hemzelf is, want hij is een leugenaar en de vader van de leugen.

Satan haat alle mensen en liegt en misleidt. Hij doet dat omdat hij alle mensen naar de plaats van de eeuwige straf wil leiden. (Zie ook Les 3)

Gods oordeel over Kaïn

God vraagt aan Kaïn waar zijn broer is.

Genesis 4:9 En de HEERE zei tegen Kaïn: Waar is Abel, uw broer?

God stelde deze vraag, maar Hij wist al dat Kaïn Abel gedood had. God had gezien dat hij het deed. God ziet ons overal.

Psalm 139:1b-3
1b HEERE, U doorgrondt en kent mij.
2 Ú kent mijn zitten en mijn opstaan, U begrijpt van verre mijn gedachten.
3 U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen, U bent met al mijn wegen vertrouwd.
Hebreeën 4:13 En er is geen schepsel onzichtbaar voor Hem, maar alles ligt naakt en ontbloot voor de ogen van Hem aan Wie wij rekenschap hebben af te leggen.

God vervloekt Kaïn om de moord op zijn broer Abel.

Genesis 4:11 Nu dan, u bent vervloekt, weg van de aardbodem, die zijn mond heeft opengedaan om het bloed van uw broer uit uw hand op te nemen.

God moet alle zonde straffen.

Dit betekent niet dat God onmiddellijk al het kwaad straft, maar de schuld/boete voor alle zonde moet vroeg of laat aan God betaald worden, door iedereen persoonlijk.
Ezechiël 18:4 Zie, alle mensenlevens behoren Mij toe. Zowel het leven van de vader als het leven van de zoon, die behoren Mij toe. De mens die zondigt, die zal sterven.
Alle zonde moet met de dood betaald worden.
Romeinen 6:23a Want het loon van de zonde is de dood.
Een andere manier van betalen zal nooit geldig zijn. Geld geven aan goede doelen zal niet voor onze zonden betalen. Geld geven aan een kerk betaalt ook niet voor onze zonden. Alle zonde zal uiteindelijk door God gestraft worden, want Hij is de eigenaar van iedere persoon.

Alle zonde die tegen andere mensen gedaan wordt, is ook zonde tegen God. God is de Schepper van alle mensen; daarom straft Hij iedereen die schade toebrengt aan een ander persoon.

Genesis 4:16 Toen ging Kaïn weg van het aangezicht van de HEERE; en hij woonde in het land Nod, ten oosten van Eden.

Kaïn wilde nog steeds niet naar God luisteren, hij ging weg van God en volgde Satan.

De kinderen van Kaïn waren druk met het verzamelen van dingen en spullen

De kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen van Kaïn volgden zijn voorbeeld. Ze leefden zonder aan God te denken. Het waren gemene, gruwelijke mensen die steeds maar meer wilden hebben.

Genesis 4:17-24
17 En Kaïn had gemeenschap met zijn vrouw, en zij werd zwanger en baarde Henoch*. Kaïn was een stad aan het bouwen, en hij noemde de naam van die stad naar de naam van zijn zoon, Henoch.
18 En bij Henoch werd Hirad geboren; en Hirad verwekte Mechujaël; en Mechujaël verwekte Methusaël; en Methusaël verwekte Lamech.
19 Lamech nam voor zichzelf twee vrouwen; de naam van de ene was Ada, en de naam van de andere Zilla.
20 Ada baarde Jabal; die werd de vader van wie tenten bewonen en vee houden.
21 En de naam van zijn broer was Jubal. Deze werd de vader van allen die harp en fluit kunnen bespelen.
22 Ook Zilla baarde: Tubal Kaïn, een smid, vader van alle koper- en ijzerbewerkers; en de zuster van Tubal Kaïn was Naëma.
23 En Lamech zei tegen zijn vrouwen: Ada en Zilla, luister naar mijn stem, vrouwen van Lamech, hoor mijn woorden aan: Voorzeker! Ik doodde een man om mijn wond en een jongen om mijn striem!
24 Want Kaïn wordt zevenvoudig gewroken, maar Lamech zeventig maal zevenmaal.
* dit is een andere Henoch dan in Genesis 5:18-24

Dingen en spullen zijn op zich niet verkeerd, die mogen we gebruiken. Maar de familie van Kaïn dacht alléén maar aan dingen en spullen. Ze wilden steeds meer en steeds mooiere dingen hebben. Ze wilden niet bezig zijn met God, of aan Hem denken.

De familie van Kaïn werd ook geregeerd door Satan.

God gaf Seth om de plaats van Abel in te nemen

God gaf Adam en Eva een ander kind in plaats van Abel.

Genesis 4
25 En Adam had opnieuw gemeenschap met zijn vrouw en zij baarde een zoon, en zij gaf hem de naam Seth. Want, zei ze, God heeft mij ander nageslacht gegeven in de plaats van Abel; Kaïn heeft hem immers gedood.
26 En ook bij Seth werd een zoon geboren, en hij gaf hem de naam Enos. Toen begon men de Naam van de HEERE aan te roepen.

In de tuin had God beloofd dat Hij een Verlosser zou sturen die Satan zou verslaan. Deze zou uit het geslacht van Abel voort zijn gekomen.

Maar Satan had Kaïn ingegeven om Abel te doden. Satan deed er alles aan om Gods plan om een Verlosser te zenden in de war te brengen. Lukte dat bij Satan?

Nee, want in de plaats van Abel kwam Seth. Seth werd ook gescheiden van God en met zonde geboren, maar hij vertrouwde God net als Abel. God zorgde ervoor dat de Verlosser later uit de familie van Seth zou komen.

Vragen

  1. Waarom nam God Abel en zijn offer aan?
    Antw. Hij bracht een offer op Gods manier, hij doodde een dier, hij geloofde in zijn zonde, hij geloofde dat er een Verlosser zou komen.
  2. Waarom wees God het offer van Kaïn af?
    Ant. Kaïn geloofde niet in God en was ongehoorzaam (hij wilde niet op Gods manier komen).
  3. Wat deed Kaïn toen hij zag dat God zijn offer niet aannam?
    Antw. Hij was boos en vermoorde zijn broer Abel.
  4. Hoe wist God wat Kaïn had gedaan?
    Antw. God weet en ziet alles.
  5. Waarom gaf God Adam en Eva een andere zoon, Seth?
    Antw. Seth kwam in de plaats van Abel. Uit de nakomelingen van Seth zou de Verlosser geboren worden.

Volgende keer gaan we zien hoe God de wereld oordeelt en Noach verlost.